Gewijzigde Wwft in werking getreden
Op 25 juli 2018 is alsnog onverwachts snel de Implementatiewet vierde anti-witwasrichtlijn in werking getreden, waarmee vanaf die dag ook de gewijzigde Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme ("Wwft") geldt! Daarnaast zijn het Uitvoeringsbesluit Wwft 2018 en de gewijzigde Uitvoeringsregeling Wwft in werking getreden.
Deze inwerkingtreding vindt plaats zeer kort nadat het wetsvoorstel op 10 juli jl. werd aangenomen door de Eerste Kamer. Deze afwijking van het beleid van vaste verandermomenten is gerechtvaardigd omdat het implementatie van Europese wetgeving betreft en de implementatiedatum van de vierde anti-witwasrichtlijn al (ruimschoots) was overschreden, aldus het Besluit tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding.
De Implementatiewet vierde anti-witwasrichtlijn strekt onder meer ter implementatie van de Vierde anti-witwasrichtlijn ('4AML') en wijzigt diverse wetten, met name de Wwft. Belangrijke wijzigingen van de Wwft zijn onder andere de volgende.
- De twee kernverplichtingen uit de Wwft - het verrichten van cliëntenonderzoek en de meldplicht van ongebruikelijke transacties - blijven bestaan. Voor het cliëntenonderzoek zal nog meer dan voorheen worden uitgegaan van een risicogebaseerde benadering. Zo is een gereguleerde Europese instelling niet langer 'laag risico tenzij', maar zijn die kenmerken slechts indicatoren voor een laag risico.
- Voorts wordt het toepassingsbereik van de Wwft uitgebreid met een aantal nieuwe categorieën instellingen, waaronder aanbieders van kansspelen, en personen die beroeps- of bedrijfsmatig in goederen handelen ('grootwaardehandelaren') wanneer zij contante betalingen doen of ontvangen van EUR 10.000 of meer (voorheen lag die grens op EUR 15.000 en omvatte deze categorie slechts de verkopers).
- Daarnaast zijn de maximale bestuurlijke boetes die kunnen worden opgelegd bij overtredingen van de Wwft gewijzigd en is nu een omzetgerelateerde bestuurlijke boete van 20% mogelijk bij ernstige overtredingen begaan door banken, andere financiële ondernemingen en trustfondsen.
- Ten slotte zijn de publicatiebevoegdheden van de toezichthoudende autoriteiten uitgebreid.
Het eerder genoemde Uitvoeringsbesluit Wwft 2018 voorziet met name in een nadere uitwerking van de begrippen "politiek prominent persoon" en "uiteindelijk belanghebbende". Van belang in dit kader is dat ook de binnenlandse politiek prominente persoon nu als "PEP" wordt aangemerkt, en dat in het geval dat er - kort gezegd - geen reguliere UBO is of kan worden aangewezen, een pseudo-UBO moet worden gekozen.
Ondertussen is de 'Vijfde' anti-witwasrichtlijn ('5AML') vastgesteld en gepubliceerd. Deze richtlijn is eigenlijk een wijziging van de Vierde anti-witwasrichtlijn. Deze richtlijn is op 9 juli 2018 in werking getreden en de lidstaten moeten er uiterlijk op 10 januari 2020 aan voldoen. De Vijfde anti-witwasrichtlijn beoogt onder andere de risico's te bestrijden die zijn verbonden aan de anonimiteit van virtuele valuta. In dit kader worden wisselkantoren van virtuele valuta en aanbieders van bewaarportemonnees onder het toepassingsbereik van de anti-witwasregelgeving gebracht.
Een andere belangrijke wijziging is dat het UBO-register - dat lidstaten reeds op grond van de Vierde anti-witwasrichtlijn moesten invoeren en bijhouden - een openbaar register wordt. Het reeds door Nederland ingezette wetgevingstraject voor de totstandkoming van het UBO-register is daarom uitgesteld. Indiening van het aangepaste voorstel voor de Implementatiewet registratie uiteindelijk belanghebbenden bij de Tweede Kamer wordt nu begin 2019 verwacht. Dat voorstel ziet op registratie van UBO's van vennootschappen en andere entiteiten die in Nederland zijn opgericht. Er zal daarnaast een separaat wetgevingstraject worden opgestart voor de invoering van een register met informatie over UBO's van trusts en soortgelijke juridische constructies.
Heeft u vragen over de Wwft? Neem dan gerust contact met ons op.