Overslaan en naar de inhoud gaan

Hoe kunnen we u helpen?

  • 11-03-2019

Als gevolg van de Wet doorstroming huurmarkt 2015 is artikel 7:271 lid 1 BW sinds 1 juli 2016 gewijzigd. Sindsdien is het mogelijk een huurovereenkomst voor een zelfstandige woonruimte te sluiten voor bepaalde tijd van maximaal twee jaar die eindigt aan het eind van de overeengekomen termijn.

Aan deze huurovereenkomst voor bepaalde tijd zijn verschillende consequenties verbonden. Onder andere kan de huurder de huurovereenkomst op grond van de wet tussentijds opzeggen (artikel 7:271 lid 1 jo 7:271 lid 5 BW), en de huurder kan tot zes maanden na afloop van de huurovereenkomst voor bepaalde tijd de huurcommissie verzoeken uitspraak te doen over de redelijkheid van de overeengekomen huurprijs (artikel 7:249 lid 2 BW). Huurder heeft na het verstrijken van de bepaalde termijn geen huurbescherming en dient de woonruimte te verlaten. Voorwaarde is wel dat de verhuurder tijdig een kennisgeving zendt aan de huurder. Inmiddels zijn verschillende uitspraken gepubliceerd over de tijdelijke verhuur van woonruimte. Jorieke van Strijen heeft recent bij twee uitspraken een noot geschreven: WR 2019/3 en WR 2019/18. Deze zijn gepubliceerd in WR Tijdschrift voor Huurrecht, Kluwer, onder nummer 2019/3 en 2019/18. 

 

Cookie melding

We care about your privacy. We only use cookies strictly necessary to ensure the proper functioning of our website. You can find more information on cookies and on how we handle your personal data in our Privacy and Cookie Policy.