Vriend van de rechtbank
Al sinds mensenheugenis is het de onpartijdige rechter die op een professionele manier over de beslechting van geschillen gaat. Die is daar immers, als onafhankelijke derde, het beste toe in staat. Hij of zij weegt argumenten van beide kanten en bedenkt hoe ons recht moet worden uitgelegd. Uitspraken werken zo rechtsvormend, waardoor de rechter een grote invloed heeft op verhoudingen in de samenleving.
Maar in hoeverre doet de rechters positie als buitenstaander de omgeving niet naar de achtergrond verdwijnen? De personificatie van het recht, Vrouwe Justitia, is weliswaar geblinddoekt, maar zij moet nog wel oog hebben voor de wereld om haar heen. Daarom vind ik het toe te juichen dat we steeds meer ontwikkelingen zien waarin een rol voor de burger is weggelegd en in bepaalde gevallen zelfs door de rechter gegeven wordt.
Dat het inroepen van de hulp van iedereen niet nieuw is, blijkt onder meer uit de hiervoor gebruikte Latijnse term 'amicus curiae', wat letterlijk vertaald 'vriend van de rechtbank' betekent. Maar het op die manier inschakelen van hulp gebeurt niet vaak. Een voorbeeld hiervan zagen we recent. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State - de hoogste bestuursrechter van Nederland - schakelde op 22 september 2017 voor het eerst in haar geschiedenis de hulp in van 'iedereen'. En minstens zo bijzonder hiervan is het feit dat de staatsraad advocaat-generaal met deze reacties rekening zal houden.
Ook op andere terreinen zien we voorbeelden van situaties waarin de burger nadrukkelijk wordt betrokken bij rechtsvorming. In 2015 bracht de Afdeling advisering van de Raad van State - het orgaan dat adviseert over nieuwe wetten - ongevraagd advies uit. Ook dat was een bijzonder en vooral nieuw instrument: sinds 1980 was pas twee keer eerder zo'n spontaan advies uitgebracht. Maar ook het Openbaar Ministerie en de wetgever tonen zich niet blind voor de mening van het publiek, zo blijkt uit de websites https://www.om.nl/onderwerpen/mening en www.internetconsultatie.nl.
Deze voorbeelden wijzen in de richting van een ontwikkeling die vanuit onder andere criminologisch oogpunt interessant is, bijvoorbeeld ter overbrugging van de zogenaamde punitiviteitskloof. Er is veel onderzoek gedaan naar de punitiviteitskloof (voor de liefhebber, zie bijvoorbeeld het onderzoek 'Op de stoel van de rechter') die ziet op het verschil tussen wat de rechter en wat de burger als passende straf beschouwt. Kort gezegd: het publiek wil vaak veel hogere straffen dan die de rechter oplegt, met als gevolg dat rechters slapheid wordt verweten en het vertrouwen van de burger in de rechtspraak keldert.
Meer betrokkenheid van de burger en vaker een luisterend oor van de rechter kan hier mogelijk verandering in brengen. De mening van de burger vormt voor de rechter een klankbord vanuit de samenleving. Zo wordt de maatschappij breder vertegenwoordigd, meer betrokken én wordt de rechter wellicht meer gedwongen uitspraken uit te leggen in - bij voorkeur - voor iedereen begrijpelijke taal. Dit laatste is sterk in ontwikkeling en een speerpunt van de 'Commissie Klare Taal' van de Rechtspraak, met als bedoeling dat het mes aan twee kanten snijdt: de rechter wordt beter geïnformeerd door de burger en de burger wordt beter geïnformeerd door de rechter. Zo wordt het werk van de rechter controleerbaarder en hopelijk breder gedragen.
Let wel: het is geen democratie in pure vorm. Het is noch 'de meeste stemmen' gelden, noch de burger die uiteindelijk beslist. Maar ik vind het wel democratischer dan hoe het nu geregeld is. Ik heb ook niet de illusie, laat staan de wens dat de rechter diens onafhankelijke positie als rechtsvormer verliest. In tegenstelling tot landen als Amerika, Duitsland, Zweden, België en Denemarken kennen wij geen lekenrechtspraak en is de betrokkenheid van burgers dus beperkt. Maar dat de burger zijn of haar mening mag geven, zie ik als een goede ontwikkeling en komt naar mijn mening in elk geval de democratische legitimatie van de uitleg en toepassing van wet- en regelgeving ten goede. Ik kijk uit naar meer oproepen aan vrienden van de rechtbank.