Blog
10.10.2023
In maart 2021 is door leden van de Tweede Kamer een initiatiefwetsvoorstel ingediend voor het instellen van een wettelijke ondergrens voor internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen voor Nederlandse ondernemingen die internationaal opereren. Het heeft als doel ervoor te zorgen dat bedrijven beter de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen over maatschappelijk verantwoord ondernemen gaan naleven.

Inhoud initiële wetsvoorstel
Het initiële voorstel bevat onder meer een algemene zorgplicht ten aanzien van nadelige gevolgen voor de mensenrechten of het milieu voor iedere Nederlandse onderneming die actief is in het buitenland, alsmede voor buitenlandse ondernemingen met een activiteit of product op de Nederlandse markt. Daarnaast schrijft het een proces van gepaste zorgvuldigheid (due diligence) voor in de waardeketen van grote ondernemingen, in overeenstemming met de principes en normen van de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen. Groot houdt hierbij in dat aan minstens twee van de volgende drie vereisten is voldaan: balanstotaal van EUR 20 miljoen, netto-omzet van EUR 40 miljoen, gemiddeld aantal werknemers van 250. Hiervoor dient beleid te worden opgesteld waar bestuurders verantwoordelijk voor worden gehouden. Ook is het verplicht opstellen van een separaat klimaatplan voorgesteld.

Kritiek en aanpassingen wetsvoorstel
De Raad van State bracht in 2022 advies uit waarin kritiek werd geleverd op met name de complexiteit door het internationale karakter en het sanctiebeleid. Het wetsvoorstel is na die kritiek eind 2022 aangepast. Verschillende partijen menen echter dat het beter om te wachten op toekomstige internationale en Europese wetgeving op dit terrein, zoals het voorstel voor de Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD).

De initiatiefnemers willen daar echter niet op wachten en hebben, na aanhoudende kritieken van zowel ministers als bedrijven, het wetsvoorstel op 15 september 2023 opnieuw aangepast en verduidelijkt. Dit zijn de belangrijkste wijzigingen:

  1. Verschuiving van verantwoordelijkheid naar de onderneming: Waar voorheen de verantwoordelijkheid voor het in- en uitvoeren van het beleid voor gepaste zorgvuldigheid bij individuele bestuurders werd neergelegd, wordt deze nu opgelegd aan de onderneming als geheel. Dit verandert ook de rapportageverplichtingen, waarbij de bestuurder niet langer verplicht is om te rapporteren aan de raad van bestuur. Enkel het niet rapporteren door de onderneming is strafbaar, namelijk als economisch delict.
  2. Afschaffing van afzonderlijk klimaatplan
    In plaats van een afzonderlijk klimaatplan moeten ondernemingen duurzaamheidsdoelstellingen opnemen in hun algemene plan van aanpak. Voor de doelstelling voor de reductie van de broeikasgasemissie geldt niet langer het percentage van 55%. Ondernemingen moeten streefcijfers opnemen in het plan van aanpak die passen bij de gevonden risico’s. Dit sluit beter aan bij het voorstel voor de CSDDD.
  3. Vermindering van rapportageverplichtingen
    Ondernemingen hoeven niet dubbel te rapporteren als zij ook onder de verplichtingen van de richtlijn jaarrekening vallen. In dat geval kunnen zij de rapportageplicht van deze wet negeren.
  4. Inclusie van medewerkers van dochtermaatschappijen
    Er is verduidelijkt dat medewerkers van dochtermaatschappijen worden meegeteld als medewerkers van de moedermaatschappij. Dit betekent dat moedermaatschappijen eerder onder de verplichting tot gepaste zorgvuldigheid in de waardeketen kunnen vallen.
  5. Duidelijkheid over toepassing bij zowel dochtermaatschappij als moedermaatschappij
    Als zowel een dochtermaatschappij als een moedermaatschappij onder de verplichting tot gepaste zorgvuldigheid in de waardeketen vallen, kan er onduidelijkheid ontstaan over welke onderneming aan de verplichtingen moet voldoen. Voorgesteld wordt dat de moedermaatschappij kan besluiten om alleen aan de verplichting tot gepaste zorgvuldigheid in de waardeketen te voldoen. In dat geval doet zij dat ook voor de dochtermaatschappij, dan wel ondersteunt zij de dochtermaatschappij bij het voldoen aan de verplichting tot gepaste zorgvuldigheid. Dit doet geen afbreuk aan de aansprakelijkheid van de dochtermaatschappij. 
  6. Aanpassing van de definitie van buitenlandse onderneming
    De omschrijving van buitenlandse onderneming wordt aangepast zodat deze enkel onder het toepassingsbereik valt bij een wezenlijke band met Nederland, blijkende uit een in verhouding tot de totale bevolking groot aantal afnemers of activiteiten in Nederland. Hierdoor zullen buitenlandse ondernemingen minder snel onder de werking van de nieuwe wet vallen.
  7. Uitgestelde werking voor risicoanalyse
    Voor de eerste keer dat een onderneming beleid voor gepaste zorgvuldigheid opstelt, hoeft ze nog geen risicoanalyse te hebben uitgevoerd.
  8. Afschaffing van last onder bestuursdwang
    De bevoegdheid tot het opleggen van de last onder bestuursdwang vervalt omdat de effectuering in het buitenland problematisch kan zijn voor de toezichthouder.
  9. Mogelijkheid voor financiering en deelname aan handelsmissies
    Alleen ondernemingen die geen bestuursrechtelijke sanctie opgelegd hebben gekregen en niet onherroepelijk veroordeeld zijn onder de Wet op de economische delicten wegens overtreding van de verplichting tot gepaste zorgvuldigheid, komen in aanmerking voor financiering of subsidies van de overheid en deelname aan handelsmissies.

Vervolgstappen
In eerste instantie was de wens om de wet al vanaf 1 juli 2024 gefaseerd in werking te laten treden. Inmiddels staan er geen data meer genoemd in het wetsvoorstel. Wel is aangegeven dat bedrijven uiterlijk binnen een jaar na inwerkingtreding van de wet gefaseerd aan de verplichting tot due diligence in de waardeketen zullen moeten voldoen. Ook geven de initiatiefnemers nog steeds aan dat ze Europese wetgeving niet willen afwachten. De vraag is echter of het mogelijk is om met een demissionair kabinet eerder te zijn dan de afronding van het voorstel voor de CSDDD. Het wetsvoorstel is weliswaar niet controversieel verklaard dus de behandeling wordt voortgezet, maar naar verwachting starten de finale onderhandelingen over het Europese voorstel ook binnenkort. We actualiseren dit blog zodra er nieuwe ontwikkelingen zijn. 

Cookie notificatie

Deze website maakt gebruik van cookies en daarmee vergelijkbare technieken om een optimale gebruikerservaring te bieden. Je kunt je voorkeuren aanpassen of meer informatie bekijken.
Deze cookies zorgen ervoor dat de website naar behoren werkt. Deze cookies kunnen niet uitgezet worden.
Deze cookies kunnen geplaatst worden door derde partijen, zoals YouTube of Vimeo.
Door categorieën uit te zetten, kan het voorkomen dat gerelateerde functionaliteiten binnen de website niet langer correct werken. Het is altijd mogelijk om op een later moment de voorkeuren aan te passen. Bekijk meer informatie.